Gods Koninkrijksregels (kr hoofdstuk 15 para 29-36) - Vechten voor vrijheid van aanbidding

Het belangrijkste gedeelte van deze week is dat van de voogdij over kinderen (paragrafen 29-33).

Het is moeilijk om op individuele gevallen te reageren zonder de details te kennen. Bovendien is er, zoals vorige week vermeld, geen consistente voorkeur voor ouders die Getuigen zijn in vergelijking met niet-Getuigen. Het is daarom niet relevant om dit onderwerp te bespreken onder 'vechten voor vrijheid om te aanbidden' en had buiten beschouwing moeten worden gelaten kr boek. De reden voor de opname van dit onderwerp wordt echter benadrukt in paragraaf 34. "Ouders, vergeet nooit dat het de moeite waard is om voor uw zonen en dochters te vechten om een ​​veilige omgeving te bieden waarin ze geestelijk kunnen floreren."

Daarom moedigen ze enerzijds ouders van Getuigen aaneen geest van redelijkheid tonen ' (Filippenzen 4: 5) en dan moedigen ze hen aan om te procederen en te vechten om ervoor te zorgen dat ze in staat zijn de kinderen in hun religie groot te brengen. Waarom? Omdat in de literatuur van de organisatie een niet-Getuige ouder impliciet wordt afgeschilderd als niet in staat om een ​​veilige omgeving te bieden voor de kinderen om spiritueel te floreren. Het lijkt erop dat een Getuige-ouder, zelfs een slechte, beter zal zijn dan een niet-Getuige-ouder, hoe liefdevol en godvrezend hij of zij ook is. Is deze houding bijbels correct?

Veel kinderen blijken, zelfs als ze worden opgevoed door twee Getuige-ouders, slecht toegerust om elke baan of interactie met de echte wereld aan te kunnen, als de ouders ervoor hebben gekozen hen op te voeden in een afgezonderde omgeving, los van de wereld. Zulke personen negeren de evenwichtige kijk die de apostel Paulus in 1 Korinthiërs 5: -9-11 geeft. Dit resulteert in zogenaamde 'spirituele' jongeren alleen omdat ze geen andere keus hebben dan dat te zijn. Maar in veel gevallen doorlopen ze gewoon de bewegingen, trekken een gezicht, doen wat hen wordt opgedragen. Wanneer de gelegenheid zich echter voordoet, buiten de controle van hun ouders, handelen velen op een manier die God mishaagt, hetzij door naïviteit of door verlangen. Dus als een alleenstaande getuige ouder dezelfde opvoedingsstijl volgt, zou dat dan echt de beste omgeving zijn om op te groeien?

Veel getuigen zouden op dit punt zeggen: 'maar het kind moet in de waarheid worden opgevoed, anders sterven ze in Armageddon'. Dit is een misvatting.

Zoals Jezus zegt in Johannes 6: 44:"Niemand kan tot mij komen tenzij de Vader hem trekt". Op basis van deze tekst is het opvoeden als getuige geen garantie voor iets. Verre van dat verlaat een groot deel van de Getuige-kinderen de organisatie wanneer ze volwassen worden.

Als de organisatie de waarheid heeft, zou dat kind zich er als volwassene toe aangetrokken voelen. Als dit niet het geval is, kan dit slechts een van twee dingen betekenen. (1) De organisatie heeft geen 'de waarheid' en daarom trekt God ze er niet naar toe, of (2) het kind is gewoon niet door God aangetrokken. Galaten 1: 13-16 geeft het verhaal van hoe de apostel Paulus door Jezus werd genoemd, hoewel een van de belangrijkste vervolgers van de vroege christenen.

Het lijkt erop dat deze week kr studie is nog een ander voorbeeld van juridische gevechten die het gevolg waren van het niet-schriftuurlijke standpunt van de Organisatie over geschillen over voogdij. Misschien had het hoofdstuk de titel "Vechten voor vrijheid om de manier van de organisatie te aanbidden" moeten heten. Het merendeel van de gevallen die de afgelopen weken in dit hoofdstuk aan de orde werden gesteld, hadden zeker vermeden kunnen worden door een op geweten gebaseerde benadering door individuen in plaats van een prescriptieve, overdreven strenge en in veel gevallen gewoonweg een ronduit verkeerd standpunt, beheerst door de edicten van het Besturende Lichaam .

We kunnen en moeten niet leren 'de lessen van het geloof ' waar het geloof misleid of misplaatst is, omdat wanneer we de bevelen van mensen in plaats van God volgen, we onze Vader noch onze Heer Jezus Christus niet behagen, zoals hij ons zelf herinnerde in Mattheüs 7: 15-23. We zullen individueel verantwoordelijk worden gehouden voor onze acties, daarom moeten we ons eigen geweten trainen vanuit Gods Woord. We moeten de training van ons geweten niet gedwee onderwerpen of delegeren aan anderen die duidelijk niet onze beste belangen behartigen, maar in plaats daarvan hun eigen belangen.

Tadua

Artikelen door Tadua.
    2
    0
    Zou dol zijn op je gedachten, geef commentaar.x