Door het lezen van de bijbel van deze week dacht ik aan een recente post. Uit de schets voor dit onderdeel van de kringvergadering over het handhaven van 'eenheid van geest', hadden we deze redenering:
"Mediteer over het feit dat alle waarheden die we hebben geleerd en die Gods volk hebben verenigd, afkomstig zijn van zijn organisatie."
Vergelijk dit met de woorden die Jezus tegen Petrus zei toen hij hem had gevraagd: "... wie zeg je dat ik ben?"
(Mattheüs 16:16, 17). . In antwoord zei Simon Petrus: "U bent de Christus, de Zoon van de levende God." 17 Als antwoord zei Jezus tot hem: „Gelukkig zijt gij, Simon, zoon van Jo? Nah, want vlees en bloed hebben [het] niet aan u geopenbaard, maar mijn Vader, die in de hemelen is, wel.
Het was niet Jezus die dit aan hem openbaarde, maar God. Jezus getuigde niet van zijn rol, maar hij erkende dat Petrus tot dit begrip was gekomen omdat het hem door God was geopenbaard.
Net als Petrus zijn de waarheden die we hebben geleerd door God aan ons geopenbaard. Alle glorie gaat naar hem. Er is geen reden voor een nietswaardige slaaf om op te scheppen over zijn rol in het proces, niet als Jezus zelf geen glorie had voor de leringen die hij aan Petrus had geopenbaard.
